woensdag 29 februari 2012

Tikgeit

Schrijven is eigenlijk het leukst op een typemachine waarop je met kracht de toetsen moet aanslaan. Een perfect instrument om woest of vinnig op te tikken. Je woorden kregen wat meer nadruk in je gevoel en als je eenmaal in de flow zat ging je maar door.
Het lastige was dat mijn pinken niet genoeg kracht hadden - van mijn 10-vingerig typen zijn er nu nog 5 vingers echt bezig als ik wat schrijf. 

Als redacteur van een verenigingsblad kon ik mijn plezier niet op, ook omdat we vaak om kopij moesten bedelen bij de leden. en dus zelf het blad maar vulden.
De wisselende redactie verzorgde de kopij, tikte die meestal al improviserend op een stencil en zag na het stencilen pas dat er tikfouten waren gemaakt. Veel gelachen, veel gepraat.

Dat stencilen had ik me al eigen gemaakt door als bureauambtenaar B /correspondent rond te zwerven door het gebouw van het Gemeente-energiebedrijf,
Niet het laagst in rang, maar wel de jongste op een afdeling met alleen maar mannen; soms net zo vervelend als die ene jongensklas die ik meemaakte op de middelbare school, waardoor ik prompt bleef zitten.

Bij het GEB was een kantine met uitstekende kroketten voor een kwartje, een huisdrukkerij met stencil- en klein-offset mogelijkheden én een fotostudio in de catacomben.
Regelmatig kwam ik in de studio en donkere kamer om interne post af te leveren; je blijft hangen, mag wat met een platencamera doen en dompelt wat afdrukken in de ontwikkelaar en het stopbad. Foto- en dokales in de praktijk.

Uiteindelijk  lid geworden van de eigen fotoclub, nadat ik mijn eerste echte reflexcamera had aangeschaft. Een Praktica-IV, want een Pentax zoals de Beatles hadden kon ik van mijn salaris niet betalen.

Het tikken van brieven bestond uit briefjes aan huiseigenaren en huurders, met de melding dat de elektrische of gasinstallatie was afgekeurd. Aan de hand van de inspectierapporten werd men gemaand om de boel te herstellen volgens NEN 1010: loshangende bedrading was het meest voorkomend item.

De lantaarnpalen in Amsterdam hebben een nummer. eens per half jaar was een sectie van de stad aan de buurt om het nummer overgeschilderd te krijgen. Er moesten dus schilderlijsten worden getikt op een stencil, elke keer opnieuw, want na 2 jaar was de boel gewijzigd en/of verplaatst, dus de oude stencils waren vaak niet bruikbaar.
Ook al niet omdat die waar mogelijk al een keer waren hergebruikt, gelardeerd met rode correctievloeistof, nadat de letters waren dichtgewreven met je nagel of met de bolle kant van een paperclip.

Dat tikken van die lijsten nam redelijk wat tijd in beslag en was mijn taak.  Paal B341, groep A, t/o Weesperzijde 78. En nog iets, maar dat ben ik vergeten.
En dat alles op een Olympia, grijs-groen gekleurd in dezelfde kleur als de buro's.

Het werd al wat minder met de komst van de IBM Selectric (met het bolletje), hoewel die nog wel 'ping' deed bij het einde van de regel. Het voordeel was dat ik weer 10 vingers ging gebruiken.

Een mooi alternatief voor hard tikken was de telex, zeker op de oudere modellen; maar ook bij de komst van de geintegreerde electronica bleef  het meppende geluid van de letterarmen. Als je een ponsbandje had gemaakt kwam de herrie in volle snelheid weer langs.
Over de laptop zullen we het maar niet hebben, 1 mep teveel en je toetsjes liggen op het bureau.


 
En wat zien we dan nu? Een los toetsenbord in oude stijl, met kunstleer bekleed, met ronde chroomomvatte toetsen voor het ouderwetse gevoel.
Inclusief feel and sound. Gezien op een site voor VIP's en CEO's. Alsof die geen secretaresse hebben. Hebbon!




Op mijn posterous-site (rechtsboven in de kop of hierr) heb ik nog wat foto's neergezet van de heren bureauchef en adjunct-bureauchef alsmede een hoofdklerk.
Ik had slechts klerkenbevoegdheid, maar om te promoveren tot klerk moest er eerst iemand plaatsmaken dan wel doodgaan. Ik ben er maar weggegaan na 2,5 jaar, ik was niet gemaakt voor ambtenaar, al heb ik er veel opgestoken van administratie, dat wel.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten